WORKSHOP BEHANGEN

Voordat je begint met behangen, moet de ondergrond van de muur goed zijn. Een ideale muur is de glad gestuukte muur. Helaas is het in de meeste gevallen zo dat het oude behang er nog op zit. Vroeger werd er gewoon over het oude behang heen geplakt. Tegenwoordig is dat absoluut niet meer aan te raden. Als je vinyl-behang op de muren hebt zitten en je plakt er nieuw behang overheen, dan heb je weer een speciale lijm nodig om erover heen te kunnen plakken. Hangt er papierbehang dan lost het nieuwe plaksel de oude laag op en krijg je hinderlijke bobbels onder je nieuwe behang. Verwijder dus altijd je oude behang. Dit kan op twee manieren worden gedaan:

• met een stoomapparaat;
• met een afweekmiddel.

Zorg ervoor dat je bij het behangplaksel kunt komen. Perforeer eerst de oude behanglaag, dit doe je met een speciale perforator die kleine gaatjes in de toplaag maakt. Afweekmiddel met schoonleidingwater mengen en goed roeren. Ruim insmeren zodat het goed intrekt en trek het behang van de muur. Je kunt het behang er natuurlijk ook afstomen. De muur moet eerst glad zijn en alle gaten moeten worden opgevuld. Maak het behangplaksel klaar volgens de gebruiksaanwijzing. Laat het 3 minuten staan en je kunt beginnen met plakken.

Ondertussen kun je de behangbanen klaar maken voor gebruik. Meet hoe lang je de banen moet maken en tel 10 centimeter extra op om op maat te snijden op de plint. Smeer de banen in met behangplaksel, werk altijd vanuit het midden naar buiten. Als je je behangbanen hebt ingesmeerd, plak het dan niet meteen op de muren. Omdat je het behang insmeert met lijm, gaat het uitzetten. Laat het dan nog even 10 minuten intrekken. Laat je het niet 10 minuten intrekken, dan voltrekt het uitzettingsproces op je muren en ontstaan er hinderlijke bobbel onder je behang. Vouw de banen goed op elkaar, zodat het goed kan inwerken.

Voordat je de eerste baan gaat plakken, kun je beter eerst een paar lijnen op de muur tekenen, zodat je recht begint. Plak de behangbaan tegen het streepje aan en strijk het plat. Probeer zoveel mogelijk van boven naar beneden of diagonaal te strijken. Strijk nooit horizontaal, want dan heb je kans dat het behang uitrekt.

Je hoeft nu de onderkant alleen nog maar op maat te snijden op de plint. Hier gebruik je een behangliniaal en een scherp mes voor. Wrijf de onderkant nog goed aan. De volgende baan plak je stotend tegen de andere baan aan. Nooit eroverheen. Deze handelingen herhaal je steeds.